Op de februari-lijst verwerkt: twee GP's, beide in Friesland (GP Dokkum en ook net nog de Henny Collignon GP), op NOSBO gebied was er het PJK-D kampioenschap en de NJC (Noordelijke Jeugdcompetitie voor de NOSBO-FSB Jeugd), buiten de provincie een NK ABC Kwalificatietoernooi (Gouda), het Tata toernooi waar vooral de weekendvierkampen populair waren, en tot slot - niet te vergeten - de nagekomen resultaten van de A- en B-groep en Compact groepen van het Chessfestival. Genoeg ratingpunten te verdienen dus voor de NOSBO-jeugd!

Opmerking vooraf: op moment van publicatie van dit bericht was de februari lijst nog niet zichtbaar op de KNSB ratingviewer, de linkjes zullen later worden toegevoegd.

Over naar een laatste (en wat schimmig) aspect van de KNSB ratingberekening dat in deze rubriek tot nog toe buiten beeld gebleven is. Dit terwijl het op tabblad Statistieken van de KNSB-ratingviewer tot de weinige getallen behoort die prominent worden getoond. Bedoeld wordt: de LPR, welke staat voor LijstPrestatieRating. De grote vraag luidt: wat is die LPR en waarvoor dient die eigenlijk? Veruit de meeste mensen zullen er geen idee van hebben, er ook geen acht op slaan, wat in veel gevallen ook terecht is omdat de LPR vrij zeldzaam een rol speelt in een ratingberekening.

Het antwoord waar de LPR voor dient, is kort en eenvoudig: de LPR is een middel waarmee in sommige situaties een (te grote) ratingstijging dan wel -daling naar wordt gecorrigeerd; de LPR vlakt stijgingen en dalingen in die gevallen in meer of mindere mate af. De eenvoud houdt daar echter mee op, daar de uitleg heel wat meer ruimte vergt.

Om te beginnen: de term TPR zal bij meer schakers wél bekend in de oren klinken. De TPR (ToernooiPrestatieRating, in FIDE termen Rp genoemd van RatingPerformance) geeft aan wat het ratingniveau van een speler is (geweest) op een door hem gespeeld toernooi. LPR is net zoiets, hoewel – volgens de geleerden – toch niet geheel hetzelfde. Schrijver dezes moet toegeven dat het hem daar ook net te lastig wordt. Wat hij wel kan doen, is verwijzen naar deze Vlaamse site waar gesproken wordt van de simpele TPR (meest gebruikelijk) en de ‘mathematisch veel complexere’ strikte TPR. Die laatste, de strikte TPR, komt overeen met de LPR van het KNSB rekensysteem. 

De LPR-definitie in het KNSB-ratingreglement (artikel 9.2) luidt: 'De LPR is die rating waarvoor zou gelden dat het totaal van de te verwachten scores het totaal van de werkelijk behaalde scores het dichtst benadert'. Er bestaat zelfs een Wikipedia pagina waar deze omschrijving geciteerd wordt. In eigen woorden: de LPR is díe rating welke je gehad zou hebben als de gezamenlijk punten van je gespeelde partijen exact gelijk zou zijn aan de som van de te verwachten scores. De te verwachten scores zijn die van de tabel met de verwachte score als functie van het ratingverschil (zie daarvoor het laatste blad van het reglement). Voorbeeld: speler A met rating 1350 speelt 10 partijen tegen speler B die 1500 heeft (of 10 spelers alle met 1500). Bij het ratingverschil van 150 punten geeft de tabel een kans van 0.3 dat speler A van B wint. Volgens die verwachting zou A in zijn match van 10 partijen tegen B 3 punten moeten halen. Als dat zo is, heeft hij exact voldaan aan de verwachting en is zijn LPR 1350. Zou hij 5 punten hebben behaald dan is zijn LPR 1500. Immers, 1500 is exact de rating die nodig is om volgens de tabel met de verwachte scores op 5 punten uit te komen. Zou zijn score 4 punten zijn, dan zou de LPR daar natuurlijk ergens tussenin liggen.

Maar welke rol speelt die LPR nu in de ratingberekening? Is die rol er, en zo ja, wanneer en op welke manier wordt een rating beïnvloed door die LPR? Zoals vaker helpt hier een extreem voorbeeld. Doorgaand op het voorbeeld van hiervoor: stel speler P (rating 1350) speelt 100 partijen tegen speler Q (rating 1500) en speelt 100 keer remise. Een remise is een goed resultaat voor P, laat ons voor het gemak de ratingwinst van één remise op 10 ratingpunten zetten. De totale ratingwinst zou dan dus 100x10=1000 punten zijn! En zijn nieuwe rating dus 2350! Iedereen voelt aan dat er aan dit rekensommetje iets mankeert. Speler P zal meer waard zijn dan die 1350, maar natuurlijk geen 2350. Welke wel dan? Nu logisch: 100 remises tegen een speler van 1500 wijst onherroepelijk op een rating van (no surprise) 1500. En (alweer no surprise) laat die 1500 nu precies de LPR van speler A zijn!

(Merk hier alvast op dat de waarde van LPR niet(!) afhangt van de eigen rating. Als speler P een rating had gehad van 1100, 1600 of welke andere ook: zijn LPR zou altijd 1500 zijn geweest.)

Goed, helder, maar wat betekent dit al nu voor de KNSB ratingberekening? Dit: het principe is dat als (bij een ratingstijging) de LPR lager is dan de door optelling verkregen nieuwe rating, de nieuwe rating afgekapt wordt op de waarde van de LPR. Met dien verstande dat de eerste 20 punten wel worden toegekend. In het voorbeeld zou speler P derhalve op een rating uitkomen van 1520. Het omgekeerde geldt evenzeer: als bij een ratingdaling de LPR hoger is dan de door aftelling verkregen nieuwe rating, dan wordt de nieuwe rating in eerste instantie gelijk gemaakt aan de LPR en vervolgens verlaagd met maximaal 20 punten.

Het voorbeeld van speler P is extreem, maar het fenomeen doet zich m.n. bij de jeugdspelers wel degelijk (en zelfs regelmatig) voor. De reden daarvan is enerzijds gelegen in de grilligheid van jeugdratings, waarbij het echt dramatisch kan worden als dat gepaard gaat met (te) late rapportage van toernooien. Stel: speler X met rating van 1000 wint op toernooi A 100 ratingpunten. Toernooi A wordt echter (om welke reden dan ook) pas drie maanden later gerapporteerd. In de maand erna speelt X een toernooi B en behaalt  daar weer een mooi resultaat. Toernooi B wordt tijdig verwerkt, maar het ratingprogramma kan niet anders dan ervan uitgaan dat de rating ten tijde van toernooi B 1000 was terwijl die eigenlijk 1100 is. De bijgeschreven ratingpunten zijn eigenlijk teveel, sterker nog: de ratingwinst had misschien wel een verlies moeten zijn!  Nog weer een maand later speelt X toernooi C waar het verhaal zich herhaalt: veelspeler X heef de smaak te pakken en is intussen ook nog eens flink sterker geworden en bij de verwerking van toernooi C is toernooi A nog steeds niet verdisconteerd, en worden zijn resultaten dus nog steeds op basis van een te lage rating gebaseerd. Tel uit je winst! Eindelijk wordt toernooi A dan toch gerapporteerd en verwerkt waarbij zijn rating - alsof het nog niet mooi genoeg geweest is  - nog eens met 100 punten opgehoogd wordt. Als toernooi B ook later gerapporteerd zou zijn, was het nog meer uit  hand gelopen, immers ook de resultaten van toernooi C zouden dan op de beginrating van 1000 zijn gebaseerd.

Het is hier dat de LPR zijn werk doet. Dankzij de LPR worden dit soort onterechte stijgingen gedempt. De LPR berekent wat de statistische stijging zou zijn en kapt (op 20 punten na) de ratingtoename daar op af. Voor dalingen geldt uiteraard hetzelfde. Als een slecht toernooi niet tijdig wordt verwerkt, speelt de speler buiten zijn schuld om langer dan terecht is met een te hoge rating. De LPR kapt de daling dan af. De LPR bewijst zelfs zijn dienst als een speler meerdere toernooien gedurende één ratingperiode speelt die allemaal (gelijk)tijdig worden verwerkt. Ook dan corrigeert de LPR heftige schommelingen binnen die ene ratingmaand. Essentieel is immers dat de LPR niet kijkt naar de eigen rating van de speler maar puur naar wat zijn behaalde resultaten waard zijn.

Aangezien de ratingtrend bij jeugdspelers altijd een stijgende is, treedt de LPR-correctie met name op bij toename van een rating. Soms leidt dit tot vragen. De praktijk wijst echter uit dat zonder LPR er ratingdalingen en (vooral) –stijgingen tot wel vijfhonderd of zelfs meer punten zouden voorkomen. Het effect treedt vooral op naarmate er meer partijen van een speler worden verwerkt in combinatie met verlate rapportages. Correctie middels de LPR is dan onmisbaar, zonder dat zou het volledig uit de klauw lopen.

Tot slot twee concrete gevallen van NOSBO-spelers, beiden van de januarilijst:

Yuan Li Ma kreeg op de novemberlijst een hoge startrating van 940 (te danken aan 7 overwinningen op zijn eerste GP, in een achteraf voor hem te lage onderste groep). Voor de decemberlijst speelde hij geen partijen, maar voor de januarilijst 20 partijen in drie toernooien. De aanvangsrating bleek aan de hoge kant want Yuan Li verloor ineens de nodige partijen wat veel ratingpunten dreigde te kosten. De januariberekening kwam aanvankelijk uit op een verlies van maar liefst 506 punten!

Gelukkig (en terecht!) was er de LPR. De berekende LPR was 794 (let wel: over alle 20 partijen). M.a.w.: statistisch had hij gespeeld als iemand van 794. Omdat de LPR veel hoger was dan de voorlopig berekende nieuwe rating werd zijn nieuwe rating gelijk gemaakt aan de LPR, met uitzondering van de eerste 20 punten, dus 794-20=774. Zijn aanvankelijke verlies van 506 werd daarmee teruggebracht tot 191, nog steeds veel maar een stuk dragelijker (en vooral realistischer). Als laatste werd dan de bonus toegevoegd, waarmee zijn januarirating uitkwam op 774+15=789. Het plaatje:
(Aanvulling: op het GP Bolsward, het eerste van de drie toernooi kostte Yuan Li 225 punten, dat verlies neemt de berekening in eerste instantie niet mee bij de verwerking van de resultaten van zijn twee volgende twee toernooien. Het systeem ging daarbij eerst uit van aanvangsrating van 940; terwijl die strikt genomen al verminderd had moeten zijn met 225. Het verlies van nog meer punten in de twee volgende toernooien wordt daarom te groot. Het is de LPR-correctie die dit herstelt).


LprKnipsel.JPG
(N.B.: De weergave van de ratingviewer houdt geen rekening met de eerste 20 punten die wel worden meegeteld: i.p.v. 789=794+15 had er moeten staan 789=774+15. De uitroepteken achter het sommetje wijst op een LPR-correctie).

Het voorbeeld is een mooie illustratie van het belang van de LPR, ook omdat het hier zelfs om toernooien bínnen een ratingperiode gaat. De LPR voorkomt niet alleen teleurstelling (bij een te grote daling) of te grote euforie (bij een te grote stijging), het zorgt er vooral voor dat de nieuwe rating zoveel mogelijk de reële kracht van de speler benadert. Zonder LPR correctie was Yuan Li's nieuwe rating uitgekomen op 940-506+15=449; die zou weer veel te laag geweest (met alle gevolgen vandien zoals een te lage indeling op een volgend GP). Voor de februarilijst speelde Yuan Li een toernooi (GP Dokkum), waar hij precies 50% scoorde: 3 gewonnen, 3 verloren en 1 remise, resulterend in een kleine ratingwinst 39 (+bonus): 843 =789+15. Het systeem lijkt te werken!

Van de januarilijst ook een omgekeerd voorbeeld; dus een stijging die werd gecorrigeerd, al vonden we aan die kant niet zo'n extreem voorbeeld als hierboven. Vic Okken begon in december met een rating van 384. Ook hij speelde voor de januarilijst in drie toernooien waarin hij 243 punten won. De normale optelling zou zijn: 384+243=627. De LPR was echter 601 en daarmee  26 punten lager. De eerste 20 punten werden weer wel toegekend, maar de volgende 6 punten niet meer. Zijn nieuwe rating werd daarom: 601 (LPR)+20+15 (bonus)=636.

Genoeg die ingewikkelde cijferbrij! Over naar de stijgers van de maand!

---------------------------------------------------------------------------

Slechts een speler met een nieuwe jeugdrating (wel een mooie). Is de aanwas van steeds weer nieuwe jeugdschakers over de top heen?
Starters jeugdrating
    Naam  Categ  Gt  Nt  Rating  Vereniging
  1  Dadgar, K. (Kourosh)   B2  12 12   1024
S.V. Hoogeveen

Wel elf stijgers met een plus van 100 punten of meer. Hendrik in de top 10 van de landelijke stijgerslijst.
    Naam  Categ   Rating  Rating winst Vereniging
 1    Heikamp, H. (Hendrik)   B1   1820   +214  Talententeam JSN
 2   Baarspul, B.R.J. (Bram)   C1   1192   +150  S.C. Haren
 3   Tollenaar, V.A.J. (Vygo)   C1   1001   +146  SG Staunton
 4   Kruize, B. (Ben)   C2   920   +132  SC de Paardensprong
 5   Blokzijl, R. (Ruben)   A1   1711   +124  S.C. DAC
 6   Jong de, G. (Gideon)   G   999   +122  SC de Paardensprong
 7   Noordhof, H. (Hylke)   C2   1169   +121   JSC De Matadoren
 8   Koolaard, L. (Lieke)   E   779   +109   S.C. Ten Boer
 9   Dellen van, T. (Thijmen)   F   1053   +106   S.C. Ten Boer
 10   Kaptein, V. (Valentijn)   E   589   +106   JSC De Matadoren
 11   Ambrona Navarro, H.A.N. (Himar)   C2   1922   +103   SG Staunton


Ondanks deelname aan het Compact Chessfestival van een aantal jeugdspelers op hun eerste volwassen toernooi, kreeg geen van hen een senioren startrating. Vijf of minder partijen zijn daarvoor ook net te weinig. Wel verwelkomen we eindelijk Hendrik met een seniorenrating, mede zo laat vanwege een interne competitie rapportage. Hopelijk zien we hem vanaf nu ook op volwassen toernooien?

Starters seniorenrating (jeugdspelers)
     Naam  Categ  Rating  Gt  Nt  Vereniging
    Heikamp, H. (Hendrik)   B1   1564  15  13  Talententeam JSN

Bij seniorenrating 8 spelers met een stijging van 50 punten of meer. Mooie ratingwinsten en ook veel terugkerende namen. Meest opvallende echter is die van Loek: een toename van liefst 92 punten op zo'n hoog niveau is uitzonderlijk!

Stijgers seniorenrating (jeugdspelers)
    Naam  Categ  Rating       Rating winst Vereniging
 1   Duindam, H. (Hedde)   B2  1415 (Jeugd 1162)   +140  SC de Paardensprong
 2   Blokzijl, R. (Ruben)   A1  1790 (Jeugd 1711)   +117  S.C. DAC
 3   Hagen van der, L.G.J. (Loek)   A2  2355 (Jeugd 2368)   +92  Groninger Combinatie
 4   Jorritsma, E.A. (Eli Alia)   C2  1582 (Jeugd 1621)   +83  SG Staunton
 5   Hardeman, I. (Imara)   C1  1378 (Jeugd 1369)   +74  SC de Paardensprong
 6   Kolijn, D. (David)   B1  1532 (Jeugd 1573)   +74  SC de Paardensprong
 7   Folkers, S. (Sono)   B2  1812 (Jeugd 1819)   +61  SG Staunton
 8   Ambrona Navarro, H.A.N. (Himar)   C2  1971 (Jeugd 1922)   +56  SG Staunton


KNSB-jeugdrating (NOSBO leden)
 
KNSB-rating senioren (NOSBO leden)
KNSB-ratingviewer 
KNSB stijgerslijst (jeugd)
Alle ratingartikelen NIEUW! Alle ratingartikelen zijn hiermee te vinden. Dit kan ook via het hoofdmenu: Jeugd, rechter benedenhoek: Oudere artikelen, Rating